Het aantal anderstalige kinderen in het Vlaamse onderwijs, ofte het aandeel kinderen dat thuis een vreemde taal spreekt, is enorm toegenomen tot 29%. Vlaams Parlementslid Roosmarijn Beckers (Vlaams Belang) waarschuwt in deze context voor een dalende onderwijskwaliteit als gevolg. “We moeten dit aanpakken met taalbadklassen.”
In 2023-2024 had 29% van de kleuters een vreemde thuistaal. Dat brengt Statistiek Vlaanderen. Op slechts 14 jaar is dat aandeel verdubbeld, met ongeveer een stijging van één procentpunt per jaar. Dat is niet alleen een razendsnel tempo, maar brengt ook enorme pedagogische en sociologische problemen met zich mee. Kinderen met een vreemde thuistaal hebben immers een veel grotere kans op schooluitval, blijven zitten en latere kansarmoede, met zo meer werkloosheid en criminaliteit tot gevolg.
Op nog geen 15 jaar tijd is aandeel kinderen met vreemde thuistaal verdubbeld
Dat wil Beckers dan ook aanpakken en voorkomen. “Als we kijken naar 2010-2011 is het anderstalige aandeel verdubbeld”, vertelt Beckers aan V-NIEUWS. “We hebben nu in het volledige leerplichtonderwijs de kaap van één op vier overschreden gemiddeld aan anderstalige leerlingen. Dat is een gemiddelde: in grote steden is dit uiteraard veel meer.”
“Onderwijsminister Zuhal Demir (N-VA) moet dan ook maatregelen nemen om de onderwijskwaliteit te beschermen”, besluit Beckers. “Want op dit moment stromen kinderen in binnen het lager onderwijs vaak zonder dat ze één woord Nederlands kennen. Dat is een groot probleem, voor de kinderen zelf, maar ook voor andere kinderen rond hen. Een leerkracht kan natuurlijk maar met één leerling tegelijk bezig zijn.”
Beckers’ partij wil daarom “echte taaltesten” invoeren die bindend nagaan of kleuters klaar zijn voor het lager onderwijs. Als dat niet het geval is moeten er taalintegratietrajecten of ‘taalbadklassen’ georganiseerd worden om anderstalige leerlingen waar nodig “bij te spijkeren”.
Lees ook:
Nederlands als thuistaal beste voorspeller van succes op school