In scholen waar veel kinderen een andere thuistaal dan het Nederlands hebben, is de taalachterstand het grootst. Ook de onderwijskwaliteit daalt er voor alle leerlingen. Dat meldt VRT NWS. Taalachterstanden zullen de Vlaamse belastingbetaler “extra miljoenen” kosten, volgens de plannen van Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA).
De resultaten van de Taalscreening – een taaltest voor kinderen in de 3e kleuterklas – laten te wensen over. 15% van de kleuters heeft een gebrekkige kennis Nederlands en moet extra begeleiding krijgen. Leerlingen die de Nederlandse taal onvoldoende beheersen, doen het aanzienlijk slechter in het onderwijs.
“We zien veel hogere cijfers in scholen waar veel kinderen een andere thuistaal hebben”, geeft Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) toe. Ook “weegt het op de onderwijskwaliteit voor álle kinderen als er in de klas een aanzienlijke groep leerlingen zit die het Nederlands niet genoeg beheersen”, erkent de minister.
Thuistaal Nederlands en de demografie
De demografische ‘diversiteit’ weerspiegelt zich in de resultaten. In Stad Antwerpen heeft 27% van de geteste kinderen een taalachterstand, waarvan 8% met nood aan intensieve begeleiding. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest loopt dit cijfer zelfs op tot 38% waarvan 16% intensief. Ook de Vlaamse Rand deelt in de klappen: 20% heeft een taalachterstand.
De resultaten lopen grotendeels gelijk met die van de vorige twee schooljaren. Van verbetering is dus geen sprake. Aan de taalachterstandsproblematiek wil minister Weyts dit schooljaar “extra miljoenen” belastinggeld besteden.