In Spanje lijkt na een gespannen periode van achterkamergesprekken eindelijk de knoop te zijn doorgehakt. De linkse Pedro Sánchez (PSOE) zal hoogstwaarschijnlijk een derde termijn als Spaans premier vervullen, gesteund door linkse Catalaans-nationalistische partijen. Sánchez heeft gevluchte leiders van deze partijen, waaronder Carles Puigdemont (Junts), amnestie beloofd voor hun illegale onafhankelijkheidsverklaring in 2017. Op straat uiten de Spanjaarden hun ongenoegen, wat leidt tot manifestaties met honderdduizenden deelnemers. Dit meldt The Guardian.
Sánchez, die al sinds 2018 premier is van het verdeelde land, scoorde tijdens de verkiezingen van juli niet zo goed en verloor zetels aan de centrumrechtse Partido Popular onder leiding van Alberto Núñez Feijóo. Ook de rechts-nationalistische partij Vox onder Santiago Abascal scoorde goed, maar toch minder dan verwacht. Hierdoor bleef een rechts-conservatieve regering uit, hoewel deze keuze lange tijd op tafel heeft gelegen.
Nu lijkt de beslissing toch definitief te zijn gemaakt: Sánchez lijkt een regering te kunnen vormen met andere linkse partijen, waaronder de separatisten uit Catalonië. Deze links-nationalisten zijn al enkele jaren op de vlucht voor de Spaanse staat vanwege hun mislukte onafhankelijkheidsverklaring in 2017. Nu zullen ze dus hoogstwaarschijnlijk kunnen terugkeren naar hun thuisland.
Rechtse protesten
Maar niet iedereen is blij met de komst van de derde termijn van Sánchez. Honderdduizenden Spanjaarden kwamen vorige week massaal de straat op nadat bekend werd dat er amnestiewetgeving voor de Catalanen op tafel lag, om hiertegen te protesteren. In onder andere Madrid, Sevilla en Valencia hebben dergelijke massabetogingen plaatsgevonden.
Veel Spaanse nationalisten, waaronder politici van Vox en Partido Popular, zien in de deal tussen PSOE en de Catalanen een verraad aan het Spaanse volk en willen deze fout herstellen. De spanningen in het zuidelijke land lijken zeer hoog op te lopen. Er is ook al geweld gebruikt: vorige week werd de oprichter van Vox, de 78-jarige Alejo Vidal-Quadras, op klaarlichte dag neergeschoten. De aanslag was hoogstwaarschijnlijk politiek gemotiveerd.
