PS-voorzitter Paul Magnette, de uitverkoren federale coalitiepartner van Bart De Wever (N-VA), sluit een legislatuur in de federale oppositie niet uit. Dat zei hij gisteren in ‘L’Invité’ (RTL-TVi). Eerder gaf hij aan beschikbaar te zijn als eerste minister, indien de Waalse socialistische partij de grootste is na de verkiezingen van 2024, zo meldt HLN. Dit is de zoveelste opdoffer voor de confederalistische droom van de N-VA.
Tijdens de federale regeringsvorming in 2019 had Magnette gepraat met N-VA-voorzitter De Wever. In de zomer van 2020 werden ze door de koning benoemd voor een preformatieopdracht, dewelke vruchteloos bleek. “We hebben geen enkel akkoord gevonden, er was enkel wederzijds respect, daar bleef het bij. Maar we hadden geen enkel akkoord gevonden en zullen dat ook nooit vinden”, verklaarde Magnette gisteren.
Van de koelkast, naar de vergeetput?
Ook verklaarde hij er na de verkiezingen van 2024 “alles aan [te] doen om N-VA te vermijden. Dat is een confederalistische rechtse partij. Ik stap niet in de macht, enkel voor het plezier om er te zijn. Er is een project nodig en we moeten zaken kunnen realiseren. Zonder dat, sluit ik niet uit om in de oppositie te gaan.”
Dit is de tweede keer in evenveel weken dat de N-VA wakker geschud wordt uit haar confederalistische droom. Vorige week veegden vertegenwoordigers van MR, Les Engagés en wederom de PS in ‘C’est pas tous les jours dimanche’ de plannen zonder meer van tafel. Ook het plan van De Wever om na de verkiezingen meteen een federaal minikabinet te vormen met de PS, werden neergesabeld door de PS-voorzitter.