Een huis kopen, en hiermee een ticket in de middenklasse kopen, wordt steeds moeilijker en moeilijker. Een frappante evolutie die zich doorzet doorheen de Westerse wereld en ook publicist en oud-psychiater Theodore Dalrymple opvalt. Dat schrijft hij in zijn maandelijkse column ‘Splinter’.
Ik ben geen econoom, maar uit wat ik heb begrepen van de economen die ik ken, gold dat ook voor hen. Hiermee bedoel ik dat ze geen vastgesteld kennisbestand of rudimentaire argumentatieprincipes leken te hebben (behalve dan deze die ook voor niet-economen gelden op basis van gezond verstand) waar ze het over eens waren. Ik heb bijvoorbeeld mensen gekend die heilig geloven in vrijhandel en anderen die bij meer interventie zweren. Ze hadden allebei gelijk; ze hadden allebei ongelijk.
Stratificatie en kasten
Op mijn eenvoudige manier heb ik nagedacht over de sociale effecten van de langdurige lage rentevoeten. In bepaalde landen veranderden ze klassenmaatschappijen in kastesamenlevingen. Klassenmaatschappijen zijn gestratificeerd, zelfs als de lagen niet duidelijk zijn afgebakend. Zelfs samenlevingen die beweren en zelfs geloven dat ze klasseloos zijn (zoals Australië), zijn toch verdeeld in klassen. In Sydney heb ik bijvoorbeeld geen moeite om mensen uit de noordelijke voorsteden te onderscheiden van de mensen uit de westelijke voorsteden. De eersten zijn slank, ze joggen, hebben voedselgevoeligheden voor stoffen zoals gluten en maken zich zorgen over het lot van de planeet. Ze werken in de banksector, de PR-sector, consultancy en cultuur. Ze gaan op vakantie naar Laos of Tahiti.
De mensen uit de westelijke voorsteden zijn dik, ze drinken op elk moment van de dag en nacht bier uit blikjes, ze liggen graag op de bank en kijken naar dagtelevisie, ze eten hamburgers, hoe groter hoe beter.
Gradaties tussen hamburgers en quinoa
Natuurlijk is er een gradatie tussen beide, en sociale stijging (als het leven in de noordelijke voorsteden als superieur wordt beschouwd aan dat van de westelijke voorsteden, die trouwens schijnbaar eindeloos uitdijen) was ooit heel gemakkelijk in Australië.
Maar om dus terug te komen op de lage rentevoeten… Het effect van lage spaarrentes is dat de waarde van activa in verhouding tot het regulier inkomen toeneemt, en dit buiten verhouding met de economische groei. Lage rentes drijven de vraag omhoog, wat prijzen van huizen doet stijgen voor iedereen. Lage rentevoeten komen dus overeen met een vers uit het Evangelie volgens Mattheüs (Hoofdstuk 13, vers 12): “Want wie heeft, hem zal gegeven worden, en hij zal overvloed hebben; maar wie niet heeft, hem zal zelfs ontnomen worden wat hij heeft.”
Met lage rentes werden de rijken rijker, en hoewel de armen niet armer werden in absolute zin, hadden ze weinig hoop om onroerend goed (op) te bouwen, dat nu definitief buiten hun bereik is geprijsd. Wat hen resteert, is goedkope import uit China en elders.
De Bank van Mama en Papa
In Groot-Brittannië en Frankrijk (tenminste in de steden van Frankrijk) zijn de vastgoedprijzen zo snel en ver gestegen dat jonge mensen, tenzij ze worden gesteund door wat de Bank van Mama en Papa wordt genoemd, geen hoop hebben ooit zelfs een klein appartement in de stad te bezitten.
Jonge mensen worden geconfronteerd met een onaangenaam dilemma. Als ze in het stadscentrum willen wonen, moeten ze een huur betalen die mogelijk de helft van hun inkomen opslokt, zelfs als het abstract gezien een goede huurprijs is. Zo ken ik bijvoorbeeld een twee-slaapkamerappartement in Parijs dat voor 4.000 euro per maand wordt verhuurd en gedeeld wordt door 4 jonge en niet-verwante professionals.
Als ze dit niet willen betalen, worden ze verbannen naar de buitenwijken met alle bijbehorende problemen van pendelen en het verlies van de geneugten van het stadsleven. Ze moeten kiezen tussen Scylla en Charybdis. Het is dus niet verwonderlijk dat jonge mensen niet alleen links zijn, maar er ook niet langer uitgroeien zoals eerdere generaties dat deden.
Ik moet bekennen dat ikzelf, zij het op zeer bescheiden wijze, heb geprofiteerd van deze regelingen: met mijn huidige inkomen zou ik onmogelijk kunnen hebben verworven wat ik nu bezit. En hoewel ik geen bepalende factor was in het economische en sociale beleid, voel ik een lichte onrust of wroeging over het feit dat ik hiervan heb geprofiteerd, zonder enige bewuste inspanning om dit te doen.
‘Pyramid schemes’
Maar waarom was het wenselijk om de rentes zo laag te houden? Voor landen zoals Groot-Brittannië en Frankrijk was het nodig om de kosten van leningen voor uitgaven op het gebied van gezondheid, sociale zekerheid en pensioenen te beheersen. In essentie werden deze landen (en niet alleen zij) gerund als gigantische piramidespelen. Ze waren Bernie Madoff op grote schaal.
Eén van de kleinere gevolgen van de lage rentes was het uitdoven van echte bohemien-levensstijl zoals ik die me herinner uit mijn jeugd. Kunstenaars, dichters en dergelijke konden samenkomen in gebieden in of vlakbij het centrum van de stad. Ze konden daar goedkope onderkomens huren en leven van heel weinig. Dat was ooit de manier waarop ik zelf wilde leven.
Maar niemand wordt nu zelfs toegestaan te leven zoals de bohemiens van mijn jeugd leefden: het zou als te smerig worden beschouwd, een soort van volksgezondheidsrisico. In elk geval zijn de vastgoedwaarden en huurprijzen te hoog. Zelfs om op een drukbevolkte manier te wonen, heb je een goede baan nodig.