In de aanloop naar de klimaattop COP29 in Bakoe, heeft België zijn bijdrage aan internationale klimaatfinanciering aanzienlijk verhoogd. Het zou gaan om een verdriedubbeling sinds 2020. Dat meldt De Standaard. Kamerlid Ellen Samyn (Vlaams Belang) heeft maar weinig vertrouwen in de sociaal-economische resultaten van die steun.
De federale regering heeft haar financiële steun voor klimaatinitiatieven in ontwikkelingslanden verhoogd van 70 miljoen euro in 2020 naar 216 miljoen in 2023. De meeste van deze middelen gaan naar projecten in Afrika, waar België onder andere bijdraagt aan de Great Green Wall in de Sahel en wetenschappelijk onderzoek in het Congolese regenwoud. Ook werkt het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI) samen met de minst ontwikkelde landen om hun weerstations te verbeteren.
Hoewel het gaat om een aanzienlijke stijging in uitgaven, blijven de bedragen bescheiden in verhouding met wat nodig is om deze projecten te financieren. Onderzoekers schatten dat ontwikkelingslanden jaarlijks 2.400 miljard dollar aan duurzame investeringen nodig hebben om klimaatverandering effectief aan te pakken. Dit thema zal dan ook opnieuw hoog op de agenda staan op COP29, waar landen uit het Globale Zuiden verwachten dat geïndustrialiseerde landen nog grotere financiële toezeggingen zullen doen.
Geen garantie op resultaten
“In het verleden heeft onze partij zich zeer sceptisch opgesteld tegenover de zogenaamde ‘klimaatdoelstellingen’ en de bijdrage van België daaraan”, vertelt Kamerlid Ellen Samyn aan V-NIEUWS. “We hebben geen garanties opdat onze middelen juist worden aangewend in landen zoals Congo, Benin en Burkina Faso. Wij hebben er alvast zeer weinig vertrouwen in dat we sociaal-economische resultaten, laat staan ‘klimaatresultaten’, zullen zien in voornoemde ontwikkelingslanden.”
“Terwijl België miljoenen investeert om bomen te planten in de Sahel, om klimaatbeleid te sponsoren in Mozambique en voor grootse samenwerkingsakkoorden in Congo, investeert China, nota bene de opperuitstoter van de wereld, miljarden in de ontginning van fossiele brandstoffen in Afrika”, besluit het Kamerlid nog.